Bericht 001
Mededeling van de Commissie - TRIS/(2024) 0325
Richtlijn (EU) 2015/1535
Kennisgeving: 2024/0060/EE
Kennisgeving van een ontwerptekst van een lidstaat
Notification – Notification – Notifzierung – Нотификация – Oznámení – Notifikation – Γνωστοποίηση – Notificación – Teavitamine – Ilmoitus – Obavijest – Bejelentés – Notifica – Pranešimas – Paziņojums – Notifika – Kennisgeving – Zawiadomienie – Notificação – Notificare – Oznámenie – Obvestilo – Anmälan – Fógra a thabhairt
Does not open the delays - N'ouvre pas de délai - Kein Fristbeginn - Не се предвижда период на прекъсване - Nezahajuje prodlení - Fristerne indledes ikke - Καμμία έναρξη προθεσμίας - No abre el plazo - Viivituste perioodi ei avata - Määräaika ei ala tästä - Ne otvara razdoblje kašnjenja - Nem nyitja meg a késéseket - Non fa decorrere la mora - Atidėjimai nepradedami - Atlikšanas laikposms nesākas - Ma jiftaħx il-perijodi ta’ dewmien - Geen termijnbegin - Nie otwiera opóźnień - Não inicia o prazo - Nu deschide perioadele de stagnare - Nezačína oneskorenia - Ne uvaja zamud - Inleder ingen frist - Ní osclaíonn sé na moilleanna
MSG: 20240325.NL
1. MSG 001 IND 2024 0060 EE NL 07-02-2024 EE NOTIF
2. Estonia
3A. Majandus- ja Kommunikatsiooniministeerium, aadress Suur-Ameerika 1, 10122 Tallinn
Ettevõtluse osakond,
el.teavitamine@mkm.ee
3B. Rahandusministeerium
4. 2024/0060/EE - T40T - Stads- en wegvervoer
5. Estse motorrijtuigenbelasting
6. Voertuigen van de categorieën M en N met een onbeladen massa van niet meer dan 3 500 kg of L3e, L4e, L5e, L6e, L7e, MS2, T1b, T3 en/of T5.
7.
8. Tarieven van de motorrijtuigenbelasting:
De motorrijtuigenbelasting bedraagt tussen 30 en 90 EUR voor motorvoertuigen van de categorieën L3e, L4e, L5e, L6e en L7e, motorvoertuigen van categorie MS2 met een onbeladen massa van niet meer dan 1 000 kg, motorvoertuigen van categorie T3 en motorvoertuigen van de categorieën T1b en T5 met een onbeladen massa van niet meer dan 1 000 kg, waarvoor maximaal tien jaar zijn verstreken vanaf de datum van de eerste registratie tot de datum van het begin van het belastingtijdvak.
De motorrijtuigenbelasting bedraagt tussen 30 en 75 EUR voor motorvoertuigen van de categorieën L3e, L4e, L5e, L6e en L7e, motorvoertuigen van categorie MS2 met een onbeladen massa van niet meer dan 1 000 kg, motorvoertuigen van categorie T3 en van motorvoertuigen van de categorieën T1b en T5 met een onbeladen massa van niet meer dan 1 000 kg, waarvoor meer dan tien jaar maar niet meer dan 20 jaar zijn verstreken vanaf de datum van de eerste registratie tot de datum van het begin van het belastingtijdvak.
Het tarief van de motorrijtuigenbelasting op motorvoertuigen van categorie M1 wordt berekend als de som van de volgende drie bestanddelen:
1) het basisbestanddeel van 50 EUR per motorvoertuig;
2) het bestanddeel afhankelijk van de specifieke CO2-emissies, waarbij elke gram CO2 tussen 118 en 150 gram per kilometer wordt vermenigvuldigd met 3 EUR, tussen 151 en 200 gram per kilometer met 3,5 EUR en boven 201 gram per kilometer met 4 EUR;
3) het bestanddeel afhankelijk van het gewicht, waarbij elke kilogram van de totale massa van het motorvoertuig dat 2 000 kg overschrijdt wordt vermenigvuldigd met 0,40 EUR tot een bedrag van 400 EUR of, voor motorvoertuigen met externe laadmogelijkheden die in het verkeersregister zijn aangeduid als “OVC-HEV”, waarbij elke kilogram van de totale massa van het motorvoertuig dat 2 200 kg overschrijdt wordt vermenigvuldigd met 0,40 EUR tot een bedrag van 400 EUR.
Voor een motorvoertuig waarvoor alleen gegevens over de specifieke CO2-emissies berekend op basis van de nieuwe Europese rijcyclus (hierna de NEDC-methode genoemd) in het verkeersregister beschikbaar zijn, wordt het tarief van de motorrijtuigenbelasting berekend als de som van de volgende drie bestanddelen:
1) het basisbestanddeel, als bedoeld in punt 1 van deze afdeling;
2) het bestanddeel afhankelijk van de massa;
3) het bestanddeel afhankelijk van de specifieke Co2-emissies, waarbij de specifieke CO2-emissies eerst worden vermenigvuldigd met de factor 1,21 en vervolgens elke gram CO2 wordt vermenigvuldigd overeenkomstig de bepalingen van punt 2 van onderafdeling 1 van deze afdeling.
De WLTP-referentiewaarde van de methode voor de specifieke CO2-emissies van een motorvoertuig waarvoor in het verkeersregister geen specifieke CO2-emissiegegevens beschikbaar zijn, wordt berekend als de som van de volgende drie bestanddelen:
1) het motorvermogen in kilowatt vermenigvuldigd met 0,29;
2) de onbeladen massa in kilogram van het motorvoertuig vermenigvuldigd met 0,07;
3) de leeftijd van het motorvoertuig in jaren, berekend vanaf de datum van eerste registratie tot de datum van het begin van het belastingtijdvak, vermenigvuldigd met 4,92.
Het tarief van de motorrijtuigenbelasting op een motorvoertuig dat volledig elektrisch is wordt berekend als de som van de volgende twee bestanddelen:
1) het basisbestanddeel van 50 EUR per motorvoertuig;
2) het bestanddeel afhankelijk van het gewicht, waarbij elke kilogram van de totale massa van het motorvoertuig dat 2 400 kg overschrijdt wordt vermenigvuldigd met 0,40 EUR tot een bedrag van 440 EUR.
Een motorvoertuig van categorie M1 dat volgens het verkeersregister is geclassificeerd als een voertuig met woonruimte en waarvan de lengte meer dan 5 100 mm bedraagt, wordt belast tegen het motorrijtuigenbelastingtarief voor motorvoertuigen van categorie N1, zonder toepassing van de coëfficiënt die afhankelijk is van de leeftijd van het motorvoertuig.
Belastingtarieven voor motorvoertuigen van categorie N1
Het tarief voor een motorvoertuig van categorie N1 wordt berekend als de som van de volgende twee bestanddelen:
1) het basisbestanddeel van 50 EUR per motorvoertuig;
2) het bestanddeel afhankelijk van de specifieke CO2-emissies, waarbij elk gram CO2 tussen 205 en 250 gram per kilometer vermenigvuldigd wordt met 3 EUR, tussen 251 en 300 gram per kilometer met 3,5 EUR, en boven 301 gram per kilometer met 4 EUR.
Indien er in het verkeersregister alleen de gegevens over de specifieke CO2-emissies berekend volgens de NEDC-methode beschikbaar zijn, of indien de gegevens helemaal niet aanwezig zijn, wordt het tarief van de motorrijtuigenbelasting op dezelfde wijze berekend als dat voor categorie M.
Het tarief van de motorrijtuigenbelasting voor een voertuig dat in het verkeersregister met OVC-HEV is aangeduid is gelijk aan het basisbestanddeel.
Het tarief van de motorrijtuigenbelasting voor een motorvoertuig dat volledig elektrisch is bedraagt 30 EUR per motorvoertuig.
Motorvoertuigen van categorie N1 met een specifiek vermogen dat volgens het verkeersregister meer dan 0,20 kilowatt laadvermogen per kilogram bedraagt, worden belast tegen het tarief van de motorrijtuigenbelasting voor motorvoertuigen van categorie M1, waarbij voor natuurlijke personen ook de coëfficiënt wordt toegepast die afhankelijk is van de leeftijd van het motorvoertuig.
Coëfficiënt afhankelijk van de leeftijd van het motorvoertuig
Het belastingtarief voor het motorvoertuig van categorie M1 van een natuurlijke persoon wordt vermenigvuldigd met de coëfficiënt die afhankelijk van de leeftijd van het motorvoertuig. Dit betekent dat, vanaf de leeftijd van 5 jaar, naarmate de leeftijd van het voertuig toeneemt, het belastingtarief zal dalen tot alleen het basistarief voor voertuigen van 20 jaar en ouder.
9. De ontwerpwet inzake de belasting op motorvoertuigen introduceert in Estland een nieuwe belasting — de motorrijtuigenbelasting, die jaarlijks wordt betaald op voertuigen die in het verkeersregister zijn ingeschreven. Estland heeft in dagelijks gebruik bijna de oudste en meest vervuilende autovloot in de Europese Unie. Estland heeft ook een hoger dan gemiddeld aantal voertuigen per persoon. De Europese wetgeving stelt voor Estland een verplichte doelstelling vast om de totale uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 met 24 % te verminderen ten opzichte van het niveau van 2005 (voorheen 13 %). Deze omstandigheden hebben Estland in een situatie gebracht waarin meer aandacht moet worden besteed aan vervuiling, d.w.z. overmatige uitstoot van kooldioxide. De toepassing van de belasting is een zeer doeltreffende maatregel die van invloed is op het consumentengedrag, en de Estse motorrijtuigenbelasting die op grond van deze ontwerpwet gepland is, zal dienovereenkomstig worden gemodelleerd.
Vanaf 1 januari van elk jaar zal de belasting worden betaald door alle personen die volgens het verkeersregister eigenaar zijn van de volgende categorieën motorvoertuigen of door de in het kader van de leaseovereenkomst verantwoordelijke gebruikers ervan:
1. motorvoertuigen van de categorieën L3e, L4e, L5e, L6e, L7e, MS2 en T1b, T3 en T5 zijn uitsluitend onderworpen aan de motorrijtuigenbelasting op basis van het volume van hun motoren;
2. de motorrijtuigenbelasting op motorvoertuigen van de categorieën M1 en M1G wordt vastgesteld als de som van de drie bestanddelen, namelijk het basisbestanddeel, het bestanddeel afhankelijk van de CO2-emissies en het bestanddeel afhankelijk van de massa. Bij de berekening van het emissie-bestanddeel wordt de met de WLTP-methode berekende waarde als basis gebruikt, maar alleen voor voertuigen met een NEDC-waarde wordt de bijbehorende coëfficiënt gebruikt. Voor elektrische auto’s van de categorieën M1 en M1G wordt het belastingtarief berekend door het optellen van het basisbestanddeel en, voor zwaardere elektrische auto’s, het bestanddeel afhankelijk van de massa.
3. De motorrijtuigenbelasting op motorvoertuigen van de categorieën N1 en N1G wordt vastgesteld als de som van de twee bestanddelen, namelijk het basisbestanddeel en het bestanddeel afhankelijk van de CO2-emissies. Er dient ook rekening te worden gehouden met de door de WLTP-methode berekende waarde en de coëfficiënt voor de NEDC-waarde. Voor elektrische voertuigen geldt alleen het basisbestanddeel.
De motorrijtuigenbelasting wordt niet geheven over:
1) motorvoertuigen die in het verkeersregister als reddingsvoertuigen zijn geregistreerd;
2) een diplomatieke en consulaire post van een buitenlandse staat, een bijzondere missie, een vertegenwoordiging of hoofdkwartier van een internationale organisatie die erkend is door het Ministerie van Buitenlandse Zaken, een instelling van de Europese Unie of een agentschap of instantie die is opgericht op grond van het recht van de Unie, een diplomatieke vertegenwoordiger en consulaire ambtenaar van een buitenlandse staat die is geaccrediteerd in Estland, met uitzondering van een honorair consul, een vertegenwoordiger van een bijzondere missie of van een internationale organisatie, alsmede motorvoertuigen die behoren tot het administratieve personeel van de diplomatieke en consulaire post en bijzondere missie;
3) een motorvoertuig dat speciaal is aangepast voor het vervoer van personen met een handicap of voor gebruik door personen met een handicap.
Bij de invoering van de motorrijtuigenbelasting is geoordeeld dat deze aan de volgende beginselen moet voldoen:
solvabiliteit — een belangrijk beginsel van belastingheffing is het vermogen om te betalen, d.w.z. dat de verdeling van de belastingdruk eerlijk moet zijn; de motorrijtuigenbelasting mag ook niet te regressief zijn, zodat eigenaren van goedkopere (oudere) voertuigen aanzienlijk meer belasting over hun inkomen betalen dan eigenaren van een duurder voertuig;
geautomatiseerd — de belastingberekening is gebaseerd op gegevens uit het verkeersregister en op het TCB- en TRAM-belastingheffingsplatform;
niet-manipuleerbaar — niet afhankelijk van de status of woonplaats van de eigenaar;
eenvoud — belastingplicht met zo weinig mogelijk onderscheid en berekend op basis van een begrijpelijke formule;
brede basis — alle voertuigen worden belast, ook die met een elektromotor;
lage administratieve last — de belasting wordt betaald in het kader van het nakomen van andere verplichtingen;
moeilijk te ontduiken — de betaling ervan op de juiste vervaldatum wordt bijvoorbeeld gecontroleerd tijdens routinematige voertuiginspecties;
openbaar — het bedrag van de motorrijtuigenbelasting op belastingplichtige voertuigen is vermeld in het verkeersregister bij de gegevens van het motorvoertuig;
vermindering van vervuiling — de motorrijtuigenbelasting is zo ontworpen dat het impact heeft op het autobezit;
vermindering van het aantal auto’s — de motorrijtuigenbelasting beïnvloedt het aantal in Estland gebruikte voertuigen en vertraagt de groei van het totale aantal voertuigen;
ordening van het register — voorkomt dat een voertuig in de verkeerde categorie wordt geregistreerd met het oog op belastingverlaging, motiveert om het voertuig niet als afval te laten staan, d.w.z. dat de belastingplicht van het voertuig pas stopt wanneer het voertuig definitief uit het verkeersregister wordt verwijderd, d.w.z. wanneer het voertuig is afgeschreven.
10. Verwijzingen naar gerelateerde wetgeving: Er is geen gerelateerde wetgeving
11. Nee
12.
13. Nee
14. Ja
15. Ja
16.
TBT-aspect: Nee
SPS-aspect: Nee
**********
Europese Commissie
Contactpunt Richtlijn (EU) 2015/1535
email: grow-dir2015-1535-central@ec.europa.eu